Pittig

Nu de adrenaline en euforie van die eerste week een beetje afzakken en de realiteitszin toeslaat, kan ik concluderen: twee kinderen hebben is pittig. Vooral als je zelf iets zinnigs (en tijdgebonden) wilt doen, zoals ontbijt of avondeten maken.

Vanmorgen zat ik met tranen in mijn ogen op de bank te voeden. De kleine man had ik maar weer achter een filmpje gezet – hij kijkt zoveel Paw Patrol dat mijn eigendunk als moeder alleen al daarom soms naar het nulpunt zakt.

De nieuwe kleine man is niet makkelijk. Dat wist ik al vanaf dat hij in de buik zat – noem het moederinstinct. Ondanks de vaart waarmee hij uit de buik wilde, hoeft hij nog niet zo nodig alleen de wereld te ontdekken. Dus wil hij vastgehouden worden. Liefst de hele dag en de hele nacht. Wegleggen gaat soms wel, maar meestal niet. En drinken doet hij bij voorkeur ook de hele tijd door. Vooral ’s avonds, als ik moe ben van de dag, hangt hij urenlang halfslachtig aan de borst. Dat is niet goed, dat weet ik wel, maar als ik moet kiezen tussen krijsen (niet huilen he, krijsen) en voeden doe ik dat laatste.

De nieuwe kleine man heeft nog nul ritme en valt ook op geen enkele manier te ‘sturen’. Logisch, het kind is nog geen twee weken oud. Dus natuurlijk krijste hij vanmorgen moord en brand omdat hij wilde drinken, precies op het moment dat de man onder de douche stond en ik een boterham wilde maken voor mijn oudste zoon – die ook gewoon moet eten. Twee jengelende kinderen, jus d’orange die precies nu over het glas heen gutst en mijn eigen verantwoordelijkheidsgevoel (ik moet toch ontbijt kunnen maken voor mijn gezin, nondeju!) resulteerden in een kleine emotionele breakdown.

Toen kwam de jeugdverpleegkundige en na haar bezoek en een daaropvolgend telefonisch consult, waarin ik honderduit kon praten over mijn beide kinderen en toch nog die paar vragen kon stellen die ik de afgelopen weken in mijn hoofd had zitten, concludeerden we dat het met beide jongens eigenlijk heel goed gaat. Ik heb een halfuur met haar gebeld. Een halfuur waarin de nieuwe kleine man rustig lag te dommelen in de box. Een halfuur waarin ik een cappuccino voor mezelf heb kunnen maken – en opdrinken. Een halfuur waarin ik mijn kleren klaar heb kunnen leggen in de douche en een kruik in het wiegje.

Toen werd de nieuwe kleine man wakker. Hij wilde drinken. Dat mocht. Tussendoor heb ik zijn luier verschoond, hem ingebakerd en daarna in zijn wiegje gelegd, lekker warm van de kruik. Ik ging douchen. Dat lukte bijna helemaal, alleen het tandenpoetsen kwam er niet van omdat de nieuwe kleine man wel erg verdrietig was. Met mijn tandenborstel in de mond heb ik tien minuten over zijn neusje geaaid. Daarna op mijn tenen de deur uit geslopen. Inmiddels heb ik de was opgevouwen en opgeruimd. Door de babyfoon hoor ik de vogeltjes buiten fluiten. Ik heb een broodje gegeten, een kop thee gedronken en dit stukje getikt. Hij maakt af en toe wat geluidjes, maar klinkt nog tevreden en lijkt nog te slapen. Ik ga maar een boek lezen denk ik.

Moraal van dit verhaal? Pak je moment. Over een paar uur is het avond, komt de kleine man thuis van opa en oma en moet er eten op tafel komen. Als je kunt douchen, ga je douchen. Als je de hele dag in bed moet blijven omdat je kind écht niet wil slapen, maar wel veel wil drinken, blijf je de hele dag in bed. Daar heb je verlof voor. Je zit zo snel weer in de hectiek van de dag. Soms moet ik mezelf daar weer even aan herinneren.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *