Als ik vrouwen met een grote zwangere buik zag fietsen, had ik altijd ontzettend veel bewondering voor ze. Doodeng leek het me, door het verkeer bewegen met zo’n buik, wetende dat je baby daar in zit. Deze vrouwen leken me uiterst dapper.
Nu wil ik niet afdoen aan het al dan niet dappere karakter van bovengenoemde dames, maar uit ervaring kan ik zeggen dat het spannender lijkt dan het is. Je buik blijft gewoon je buik, alleen steekt ie nu wat verder uit. En hij is zwaar. Je went er echter wel aan.
Je merkt bijna niet hoe je lijf zich aanpast aan dat groeiende lichaamsdeel. Zo is op je zij rollen je rechtop kunt gaan zitten een heel natuurlijk proces. Totdat iemand zegt ‘je begint al echt te lopen als een zwangere vrouw’ heb je niet in de gaten dat je voeten en benen meer naar buiten gaan staan. Waggelen noemen ze dat – en het is niet leuk als je ontdekt dat je het doet.
Met dezelfde wijd uitgestrekte knieën waag je je vervolgens op de fiets. Waar je misschien een extra keer opzij kijkt voor het oversteken, maar waarbij de rest gewoon normaal is. Het went, die buik. Misschien ga je ‘m zelfs wel missen als je er straks eindelijk vanaf bent.