Liefde in tijden van corona #3

Week 3 overleefd. Dat betekent dat we, voorlopig, halverwege zitten. Ik ben benieuwd of er, net als in de rouw, fases te definiëren zijn rondom social distancing. Zelf kom ik tot nu toe op de volgende: 1) ontkenning, 2) gelatenheid en deze week… 3) vermoeidheid. Wel weer boordevol blijmakers en, helaas, energievreters.

Blijmakers

  • Dat een collega binnen een minuut opbelt nadat je in een mail de zin ‘murw geslagen door corona-informatie’ hebt gebruikt. Of het wel goed gaat en met wat tips om mezelf (creatief) te blijven prikkelen.
  • Dat de spaarrekening lekker vol loopt, terwijl we bijna niets extra’s uitgeven. Want weekendjes kamperen of uitwaaien zijn gecanceld. Extra reden om wel gewoon het yoga-abonnement aan te houden en af en toe eten te bestellen bij je favoriete restaurant!
  • We liepen ons ochtendrondje door het plantsoen, langs op afstand sportende mensen en werden opgeschrikt door een politiewagen die even, nog geen 10 seconden, heel hard Eye of the Tiger door de luidspreker liet galmen om de sporters aan te moedigen. Geen beter begin van je dag dan hardop lachen met een gevoel van saamhorigheid.
  • Tulpen in alle kleuren, waarvan thuis de bos zo groot blijkt dat ik er 2 vazen mee kan vullen
  • De geur van zelfgebakken rozijnenkoekjes (want dat is wat ik doe tegenwoordig)
  • Buiten de was ophangen, terwijl de kleine man lekker met zijn speelgoedboormachine de tegels aan het bewerken is
  • Voor het huis op ons bankje met mijn blote benen in de zon anderhalf uur ongestoord lezen, altijd op 1,5 meter afstand van wie er ook langskomt. Welk boek? Een Ladder Naar de Hemel, van John Boyne, aanrader hoor.
  • Dat ik, door bovenstaande, waarschijnlijk nog een lekker zomers kleurtje krijg ook.
  • Dat de kleine man videobellen steeds beter begrijpt. Het is steeds leuker om af en toe even met opa of oma te bellen, of met een vriendin. Hij geeft het trouwens ook aan als ie er klaar mee is, zegt dan ‘uit’, schudt zijn hoofd en zwaait vast naar het scherm.

Energievreters

  • Mijn wereld is heel klein. En dat kost energie. Energie om scherp te blijven, energie om creatief te zijn, je brein simpelweg ‘aan’ te houden.
  • Iedereen lijkt moe. Misschien ook van de zomertijd, of toch van het thuiswerken en thuis zijn. Videobellen is zwaarder dan vergaderen. Je mist de blik in iemands ogen, de toon in iemands stem. Woorden via de mail worden heel makkelijk verkeerd geïnterpreteerd en afspraken zijn lastig vast te leggen. Dat zorgt voor irritatie, frustratie en machteloosheid of een gevoel van zinloosheid. Waar de eerste week voor veel mensen energie kostte om te schakelen, en de tweede week een meevaller was omdat veel mensen die balans toch best snel konden vinden, is de derde week een terugval waarin de nieuwe waan van de dag z’n tol eist.
  • De zomertijd is me niet goed bevallen. Ik heb de hele week het gevoel gehad zo’n 60 minuten achter te lopen. Totdat ik vrijdag een monsterdut heb gedaan van een paar uur en ik eindelijk weer een beetje in de pas liep met de werkelijkheid.
  • De kleine man besloot zaterdag te nemen om ook weer zijn klokje goed te zetten en om 07.00u wakker te worden. De hele week lag ie er tot 08.00u in en moesten we ons haasten om op tijd te starten, maar nee, in het weekend was ie weer lekker vroeg bij de pinken.
  • In een tijd waarin er veel mooie dingen gebeuren en ieders beste kant naar voren komt, zijn er nog steeds sensatiebeluste journalisten die manipuleren en schaamteloos liegen. Daar word ik verdrietig van.
  • Wij redden ons vrij aardig in ons kleine wereldje. Als ik dit stukje schrijf, merk ik dat veel energievreters hele kleine dingen zijn – of dingen die ik niet eens noem omdat het een herhaling is van wat er al de hele tijd speelt. Maar ik word er naar van als ik denk aan kwetsbare gezinnen, waar kinderen of partners misbruikt of mishandeld worden, waar nu geen toezicht op is. Of van verhalen van mensen die via videoverbinding afscheid moeten nemen van hun naaste in het ziekenhuis omdat ze daar niet op bezoek mogen komen. Er wordt zoveel meer geraakt dan onze ‘vrijheid’ om naar buiten te gaan of familie te zien. Ik ben dan extra dankbaar dat iedereen in mijn omgeving gezond is, ik een plantsoen naast de deur heb om te wandelen, en een klein tuintje waar de kleine man kan rondlopen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *